Brandbeveiligingssymbolen

Armaturen genereren altijd een bepaalde hoeveelheid warmte, ook al is die in sommige gevallen slechts minimaal, en daarom moeten licht ontvlambare materialen op een bepaalde afstand worden gehouden. Om het risico op brand te verminderen of om te kunnen inschatten hoe warm een armatuur zal worden, zijn er pictogrammen voor de brandbeveiligingsetikettering van armaturen.

Deze werden in 2012 opnieuw bijgewerkt om de brandbeveiliging nauwkeuriger te onderscheiden. Als lampen echter niet gelabeld zijn, kunnen ze worden bevestigd aan normaal ontvlambare materialen, zoals DIN EN 60598-1 stelt. Als de omgeving daarentegen brandgevaarlijk is, mogen alleen armaturen met het label D en met beschermingsklasse IP 5X worden gebruikt.

Alle andere lichtbronnen moeten als volgt worden gelabeld:

Opbouwarmaturen, die alleen gemonteerd mogen worden op niet-brandbare bouwmaterialen.
Inbouwarmaturen, die alleen gemonteerd mogen worden op niet-brandbare bouwmaterialen.
Thermische isolatie niet toegestaan.
Armaturen voor montage in of op meubels met een montageoppervlak tot 180° C niet brandbaar.
Armaturen voor montage in of op meubels met een montageoppervlak tot 95° C bij normaal bedrijf niet brandbaar.
Armaturen voor gebruik op brandgevaarlijke plaatsen met een maximale temperatuur van 90° C voor horizontale oppervlakken in normaal bedrijf en een maximale temperatuur van 150° C voor glazen oppervlakken van fluorescentielampen.