Schemerschakelaar

De schemerschakelaar, ook wel schemersensor genoemd, schakelt automatisch een of meer lampen aan of uit afhankelijk van de hoeveelheid daglicht. Hij houdt ook rekening met kunstlicht. De ingebouwde lichtsensor meet de helderheid van de omgeving en registreert dan of het al donker genoeg is en het licht van een lamp nodig is.

Dergelijke schemerschakelaars worden vooral buitenshuis gebruikt, bijvoorbeeld om ingangen van huizen of opritten te verlichten. Gezien het toenemende belang van energiezuinige verlichting worden lichtsensoren echter ook steeds vaker binnenshuis gebruikt. De gevoeligheid van de schemerschakelaar moet dan idealiter traploos instelbaar zijn, waarbij een verlichtingssterkte van ongeveer 2 tot 2000 lux nuttig is voor buiten.

Fotodiodes of fototransistoren worden geïnstalleerd als lichtsensoren om ervoor te zorgen dat de schemerschakelaar goed werkt. Fotoweerstanden worden zelden gebruikt. Ze zijn ook beschikbaar in lampen in combinatie met een bewegingsdetector, die dan alleen inschakelt als er beweging is in het donker. De schemersensoren kunnen worden geïntegreerd bij de aankoop van een lamp of apart worden gekocht.