Onderhoudsfactor

De onderhoudsfactor dient als basis voor het onderhoudsplan van een verlichtingssysteem en is afhankelijk van de bedrijfsomstandigheden of slijtage en de gebruikte lampen. Deze factor moet vervolgens worden bepaald door de planners en operators, waarbij een nieuwe waarde als volgt kan worden berekend: Onderhoudswaarde = nieuwe waarde x onderhoudsfactor. Het definiëren van een onderhoudsfactor voorkomt dat de verlichtingssterkte onder de gestandaardiseerde verlichtingssterkte daalt vóór het eerste onderhoud.

Aangezien de onderhoudswaarden, zoals de verlichtingssterkte, op Europees niveau gestandaardiseerd zijn en dus niet mogen worden onderschreden, zijn de te definiëren onderhoudsfactoren in geen enkele norm opgenomen, maar onder andere de technische commissie binnenverlichting van de Duitse verlichtingsvereniging heeft randvoorwaarden gedefinieerd.

Aanbevolen onderhoudsfactoren zijn daarom

  • 0,8 voor cleanrooms of met een lage gebruiksperiode
  • 0,67 voor cleanrooms en met een onderhoudscyclus van 3 jaar
  • 0,57 voor buitenverlichting
  • 0,5 voor verlichting die wordt blootgesteld aan zware vervuiling

Deze onderhoudsfactoren zijn echter allemaal erg algemeen en gegeneraliseerd, daarom is het soms voordeliger om een ruimtespecifieke onderhoudsfactor te bepalen. Hierbij spelen verschillende factoren een rol.

Ten eerste moet het lampvervangingsinterval bekend zijn om de onderhoudsfactor van de lamplichtstroom door lampveroudering en de onderhoudsfactor lampuitval te bepalen. Ten tweede is het reinigingsinterval van het armatuur nodig om de onderhoudsfactor van het armatuur te bepalen, aangezien dit van invloed is op de vervuiling. De onderhoudsfactor van de ruimte is ook belangrijk, omdat omgevingsvervuiling ook een rol speelt. Als veel van deze factoren uiteindelijk bekend zijn, wordt een individuele onderhoudsfactor aanbevolen, anders moet een van de aanbevolen waarden worden gebruikt.